Enkele jaren geleden heb ik het voorrecht gehad om de SUN-studio in Memphis te bezoeken. Een enthousiaste gids liet de studio zien en vertelde hoe Elvis hier zijn eerste plaatjes opnam. Zij vertelde ook een bijzonder verhaal over, misschien wel de grootste hit van Elvis: “Hound Dog”.
Jerry Leiber en Mike Stoller moesten in 1952 een lied schrijven voor de zangeres van de band van Johnny Otis: Willie Mae “Big Mama” Thornton. Het was inderdaad een “Big Mama” want ze zag eruit als een grote gemene en zure dame. Ze was meer dan 150 kilo en ze had littekens over haar hele gezicht. Het lied moest bij haar passen en Leiber en Stoller, toen nog maar 19 jaar oud, bedachten een lied over een vrouw die haar vriend de deur uitsmeet.
De eerste regels van de tekst waren dan ook:
You ain’t nothin’ but a hound dog
Quit snoopin’ ‘round my door
You can wag your tail but I ain’t gonna feed you no more
Het was een schunnig blues nummer want in de tekst wordt de man metaforisch aangegeven als een hond en hadden de woordspelingen: “snoopin round my door” en “wag your tail” een sexueel tintje. Op de achtergrond kon je ook het blaffen en janken horen van een hond.
Het werd de grootste hit van Big Mama Thornton en zij verkocht ruim 500.000 platen. Er zijn vele versies gemaakt van “Hound Dog” en pas veel later werd in de versie van “Freddie Bell en de Bell Boys” de tekst aangepast in:
You ain’t nothin’ but a hound dog
Cryin’ all the time
Well, you ain’t never caught a rabbit and you ain’t no friend of mine.
De versie van Freddie Bell is een regionale hit geworden in en rondom Philadelphia. Elvis heeft deze versie in 1956 met een Rock and Roll sausje overgoten en verkocht in een korte tijd meer dan 10 miljoen singles. Het was eigenlijk de B-kant van “Don’t be cruel” maar “Hound Dog” werd uiteindelijk de A-kant.
Mijn voorkeur voor “Hound Dog” gaat uit naar de swingende en dubbelzinnige versie van Willie Mae “Big Mama” Thornton.