In het boek “Ze zén van hiejr” worden bijzondere personen geportretteerd, die de afgelopen decennia kleur gegeven hebben aan Gemert. Het boek is geschreven door Jan Winkelmolen, beter bekend als de Mulder. In Gemert had vroeger bijna iedereen een bijnaam en vooral de ouderen onder ons zullen Pikwal, Pichène, de Klumper, d’n Bels en de Paus niet vergeten zijn. Deze namen hadden een betekenis zoals d’n Bels, waarschijnlijk een deserteur uit het Belgische leger in de Eerste Wereldoorlog. De Paus werd zo genoemd omdat “hai vloekte as ne ketter”. Hij werd doodgeschoten bij de inval van de Duitsers in Gemert in 1940. De Duitsers sommeerden hem stil te blijven staan en toen hij neen kreeg op de vraag of ze eten hadden liep hij door met de opmerking “dan vaalt mar kapot” en toen kwam de noodlotskogel.
Als Gimmertse mensen bij elkaar zitten wordt er vaak over bijnamen en hun betekenis gesproken. Zo zag ik onlangs op een lijst met bijnamen de naam “Driekske Barres”. Wat Barres betekent weet ik niet, maar wel weet ik dat Driekske een klein menneke was. Hij was mijn opa en heeft veel indruk op mij gemaakt. Hij was maar anderhalve meter groot en hij woonde met de “klein opoe” in een voorkamertje bij Ome Jan (Jan de Zwarte). Vroeger kregen kinderen een naam volgens een bepaald stramien: de eerste zoon werd genoemd naar de vader van de vader, de tweede zoon naar de vader van de moeder, de eerste dochter naar de moeder van de moeder, enz. Door deze gewoonte was er eeuwenlang nauwelijks vernieuwing op de voorraad namen. De eerste mij bekende Driekske Barres dateert van 1799. Zijn kleinzoon, mijn opa, is geboren in 1861 en op dit moment zijn er nog enkele Driekskes in Gemert, die zich Henk of Hendrik noemen.
De derde zoon werd genoemd naar de moeder van de vader, daar moest natuurlijk een draai aan worden gegeven en zo ontstonden de gekste namen. Ik ben daar zo’n voorbeeld van en ben genoemd naar mijn “klein opoe” Maria Martens. Zo ben ik aan een genderneutrale naam gekomen en krijg ik ook vaak brieven/mails met de aanhef: mevrouw. In Gemert zijn meerdere voorbeelden van uniseksnamen, denk maar aan Willy, Ton, Cor, Jos en Chris. Maar Shakespeare heeft eens gezegd: What’s in a name? “A rose by any other name would smell as sweet”