Tijdens de laatste verkiezingen ben ik lid geworden van de Lokale Realisten omdat ik vind dat de lokale problemen in Gemert-Bakel realistisch benaderd dienen te worden. Ik had ook kunnen stemmen op de Dorpspartij, maar ik wilde er zeker van zijn dat er geen coalitie zou ontstaan met het CDA.
De vertegenwoordigers van de Realisten en Lokaal Liberaal hebben bovendien in de vorige gemeenteraad een goed tegenspel geboden aan het toenmalige College. Oppositie voeren is echter wel iets gemakkelijker dan aan het roer zitten want dan moeten soms impopulaire beslissingen genomen worden. Nu na twee jaar heb ik daarom wel enkele bedenkingen, en gelukkig stelt de Lokale Realisten mij, als lid, in de gelegenheid een reactie daarop te geven.
Op de eerste plaats zou ik willen weten waarom de gemeentekas leeg is?? Is het mogelijk om op een beknopte en overzichtelijke manier aan te geven hoe er in het verleden geïnvesteerd is of is er gepotverteerd?
Op de tweede plaats heb ik grote moeite met allerlei kortingen en maatregelen. Een hot-item wil ik als voorbeeld stellen en dat is de korting op de subsidie aan allerlei verenigingen. Die korting heeft een enorm effect op de vrijwilligers, de smeerolie van de maatschappij. Het huidige College heeft gekozen om een bepaalde doelgroep, nl. jongeren en mensen met een beperking, te ontzien. Men had een andere keuze kunnen maken, zoals kijken naar een gezonde boekhouding want die verenigingen hebben geen steun nodig. Maar dan moet ik denken aan een parabel uit de bijbel: “de eerste zullen de laatste zijn” De verenigingen, die hun zaakjes goed op orde hebben, zouden daarvoor gestraft worden. Dat is niet eerlijk en bovendien zijn parabels geen realiteit!!
Gemert-Bakel heeft landelijke bekendheid gekregen met zijn MFA’s (multifunctionele accommodaties) in de kerkdorpen en moet de gemeente in haar sportbeleidsplan niet eens serieus na gaan denken over omniverenigingen, waar men gebruik kan maken van elkaars faciliteiten en zodoende veel geld kan besparen. Ook had onderscheid gemaakt kunnen worden tussen verenigingen met een kantine en verenigingen zonder kantine, die een zaalsport bedrijven en extra uitgaven hebben. Ook verenigingen waar spelers betaald worden hoeven m.i. niet mee te eten uit de gemeentelijke ruif!!
Om de tennisvereniging (in oprichting!!) in Handel een subsidie te verstrekken is een heikel punt. Zijn er eerdere afspraken gemaakt en hebben de andere verenigingen geen subsidie gekregen?
Van de populistische opmerking van de oppositie, dat men niet moet korten op de vrijwilligers maar in plaats daarvan twee ambtenaren moet ontslaan, krijg ik pukkeltjes en moet ik denken aan het liedje van Drs. P: “De dodenrit”, waarin een trojka achtervolgd wordt door een roedel wolven en waar achtereenvolgens de kleine Pjotr, Sonja, Igor, Natasja en, in het zicht van Omsk, de moeder worden opgeofferd. Op het laatste moment verliest de vader zijn evenwicht en wordt ook verslonden. Het lied eindigt dan met het refrein: “Trojka hier , Trojka daar”. Moeten we nu bij elk financieel probleem (hongerige wolven!!) een of twee ambtenaren ontslaan (uit de trojka gooien)????
Het slot van het liedje van Drs. P is bekend, men heeft Omsk nooit bereikt!!!!